Wat is er met onze talkshows aan de hand? Héél dik zijn ze niet meer gezaaid en ze blijken ook niet meer bijster goed te scoren. Nog een goede driehonderdduizend kijkers haalde Van Gils § gasten in zijn laatste seizoen, terwijl zes jaar geleden De Laatste Show nog makkelijk het dubbele haalde. Nederland grossiert in talkshows en de klassiekers zoals De Wereld Draait Door en Pauw scoren nog steeds hoge toppen, maar in Vlaanderen lijkt men op zoek te gaan naar nieuwe formules om het genre nieuw leven in te blazen. Zoals Vier dat met Gert Late Night een mix van reality- en talkshow-tv maakt. Zit er sleet op de klassieke talkshowformule? We vroegen het aan enkele televisiemakers.
Het was de opvallendste ingreep van het televisievoorjaar, Van Gils § gasten, al jaren het vlaggenschip tijdens het laatavondslot van Eén, moet voorlopig plaats ruimen voor de jongerensoap Dertigers. “Zo’n talkshow tien maanden aan een stuk fris en dwingend houden, dat is heel moeilijk,” vertelde programmabaas Olivier Goris (48) in De Standaard. “Bij De Laatste Show hadden we hetzelfde probleem.”
Dat klinkt allemaal niet zo positief. Is het einde van het talkshowgenre nabij?
GORIS: “Zeker niet. Een programma als De Afspraak of Van Gils & gasten is nog steeds een uitgelezen manier om dagverse content aan je kijker voor te schotelen. Een eigen kijk op de gebeurtenissen van de dag brengen, is heel waardevol. Hiermee kan je als zender het verschil maken. Door opnieuw nieuws te creëren, bijvoorbeeld. Herinner je Tom Lenaerts die Kristof Calvo en Peter De Roover in Van Gils § gasten de mantel uitveegde. Dat stond ’s anderdaags in alle kranten. Ook het late night-gegeven is een must: de kijkers verlangen dat de dag op een niet al te wilde manier wordt neergelegd.”
Maar dat zijn er steeds minder. U verwees naar De Laatste Show, maar in zijn laatste seizoen haalde dat nog makkelijk 700.000 kijkers. Da’s het dubbele dat Van Gils § gasten nu scoort. Is dit geen teken aan de wand dat er sleet zit op de formule?
GORIS: “Neen. We zijn zeven jaar later, het televisielandschap is helemaal veranderd. Er is meer concurrentie en mensen kijken uitgesteld: de live-kijkcijfers liggen in quasi elk tijdslot lager. Ik trek hieruit geen al te grote conclusies. Bovendien is er meer dan kijkcijfers: als Julie Van den Steen in Van Gils § gasten over haar laag zelfbeeld praat en een maatschappelijke discussie in gang zet, heeft dat ook een waarde. Kijk, praatprogramma’s liggen onder een vergrootglas. Ik heb er veel meegemaakt – Café Corsari, De Laatste Show, De Kruitfabriek – en altijd was het van: kan het niet straffer, gedurfder, scherper? De verwachtingen zijn hooggespannen, maar je mag niet vergeten dat een dagelijkse talkshow niet de middelen krijgt als een Sorry voor alles of Over Water.”
Van Gils & gasten moet dus niet heruit gevonden worden?
GORIS: “Neen, drastische koerswijzigingen zijn niet nodig. Vorig jaar zijn we er ook effen uit geweest en toen merkten we dat kijker terug honger naar het programma kreeg. Als Van Gils § gasten terugkomt, zal daar een publiek voor klaar zitten.”
Maar nu gaan jullie er wel langer uit.
GORIS: “Ja, maar dat komt omdat er in dat tijdslot in aanloop van de verkiezingen ook omkaderingsprogramma’s gepland zijn. We gaan Van Gils niet drie weken opstarten om dan al te stoppen. Bovendien zit je in volle sperperiode en dan ben je ook gelimiteerd met je gasten.”
Een andere opvallende ingreep was de wissel van Bart Schols door Phara de Aguire in De Afspraak. Waarom was dat nodig? Bart Schols was net zo goed op dreef.
GORIS: “Ja, en dat wil ik graag zo houden. Elke dag zo’n programma presenteren is topsport; je moet op de hoogte zijn van elk detail, mag je niks door je gasten laten wijsmaken, dat is heavy. Je moet ervoor zorgen dat je host niet opgebrand raakt. De Afspraak is een heel belangrijk programma voor Canvas en moet nog een hele tijd mee. Ik wil niet in een situatie belanden waarin Bart naar mij komt en zegt: ‘Ik stop ermee, het gaat niet meer.’ Doordat Phara en Bart afwisselend lange blokken presenteren, raakt de kijker met hen vertrouwd en hou ik zowel mijn presentatoren als het programma fris. “
De Afspraak scoort wel goed, maar dat is een duidingsprogramma. Bij Van Gils § gasten heb ik het gevoel dat het tussen twee stoelen valt: het is geen entertainment, maar ook geen duiding.
GORIS: “Dat komt omdat het programma op Eén zit. De variatie moet groter zijn en dat is inderdaad een moeilijke oefening. De opdracht is minder duidelijk, maar wel rijker. Ik vind De Afspraak een fantastisch programma, maar daar kan je de avond op Eén niet mee afsluiten.”
Lieven Van Gils is een uitstekende presentator, maar eerder een aangever dan iemand die zelf wil scoren. Zou een personality host, zoals Marc Uytterhoeven destijds in De Laatste Show, geen extra boost kunnen geven?
GORIS: “Ik denk het niet. Vergeet niet, een personality host heeft een veel kortere houdbaarheidsdatum. Daarom laten we Sven De Leijer maar een aantal weken Vrede op Aarde maken. Als je een personality-host te lang op het scherm brengt, gaat de kijker de humor als geprogrammeerd gaat aanvoelen. Hij is een one-trick-pony, hoor je dan. Een neutralere presentator gaat langer mee. Lieven Van Gils zit al negen jaar op die stoel, dat deed niemand hem voor.”
Maar hangt de kwaliteit van je programma dan niet teveel af van de BV’s die rond de tafel zitten? Uytterhoeven zei ooit: “Ik vond niet dat ik het aan mijn gasten kon overlaten om een spitse aflevering te maken. De meeste mensen zijn niet geweldig interessant of grappig.”
GORIS: “Ik snap zijn opmerking, maar dan maak je een ander programma. Bij Van Gils gaan we voor een goed gesprek, terwijl bij De Laatste Show de focus meer op humor lag. Zeker als Uytterhoeven in die zetel zit, verwacht je constant grappen. Als je dan niet genoeg gelachen hebt, zeg je: het was niet goed. Dat legt een enorme druk op de makers, waardoor dit geen maanden vol te houden is. Als een gesprek primeert, aanvaard je veel sneller fluctueringen, dat genre is gewoon duurzamer.”
Moet er qua gasten niet eens uit een andere vijver gevist worden? Die zijn nogal voorspelbaar: of het zijn de BV’s uit de VRT-stal – ik denk dat ik de volledige cast van Thuis al drie keer heb zien passeren – of ze hebben een plaat of theatervoorstelling te verkopen.
GORIS: “Daar ben ik het niet mee eens. Ik vind de keuze van de gasten heel variërend. Voor alle duidelijkheid: er is geen zwarte lijst, van bovenaf wordt niet gezegd wie daar moet gaan zitten. Dat is een autonome beslissing van de redactie.”
Ik heb de indruk dat de concurrentie meer durft. Gert Late Night liet Michel Van den Brande en drugsmokkelaar Paul Meyer opdraven. Dat zie ik bij Van Gils § gasten nog niet snel gebeuren.
GORIS: “Kleurrijke figuren zijn welkom, maar ze moeten wel relevant zijn. Het is niet de bedoeling dat ze als attractie dienen, ze moeten een link hebben met de gebeurtenissen van de dag. Een andere voorwaarde is dat ze een goed gesprek opleveren. Een Dries Van Langenhove kan misschien wel de actualiteit beheersen, zijn aanwezigheid kan ook ontregelend of verlammend voor de anderen aan tafel werken. Maar we durven zeker buiten de lijnen kleuren: die specials rond De Bende van Nijvel, De Collega’s en Herman Brusselmans zijn daar het bewijs van.”
Uit Gert Late Night blijkt dat de kijker de mix tussen reality en gesprekken wel lust. Overwegen jullie zoiets niet in Van Gils § gasten te implementeren?
GORIS: “Ik denk dat we vooral rustig moeten blijven. Je hoeft niet elk nieuw fenomeen achterna te hollen. Ik geloof heel hard in het fundament: een goed gesprek onder boeiende gasten. Of dat nu in een bed, aan een ontbijttafel of tv-studio gebeurt, dat doet er niet zoveel toe, zolang het maar een interessante babbel is.”
Sinds augustus 2015 presenteert Bart Schols (44) De Afspraak. Het duidingsprogramma kende een moeilijke start, maar sinds een paar maanden zakt niet meer onder de 200.000 kijkers. Mede dankzij Schols die helemaal zijn draai in het programma heeft gevonden. Het was dan ook schrikken toen hij plots van het scherm verdween en Phara De Aguire overnam.
Tot de krokusvakantie presenteert Phara het programma. Hoe voelt het om iemand anders op je stoel te zien zitten?
SCHOLS: “Ik ben vooral blij dat ik even kan ademhalen – 4 seizoenen lang, van september tot juni een daily presenteren, dat kruipt in de kleren. Ik was meteen akkoord dat Phara afwisselend het programma zou presenteren. Je wilt je kindje niet zomaar aan om het even wie afstaan, maar Phara is een vriendin en een topper, dus was de keuze snel gemaakt. Het programma is bij haar in goede handen.”
De Afspraak is een succesverhaal. Wat is de sterkte van dit programma?
SCHOLS: “Vooral de duidelijkheid, denk ik. De kijker weet waarvoor we staan en wat hij van ons kan verwachten. Het allerbelangrijkste is weten voor wie je tv gaat maken. Als je je doelpubliek kent, kan je ook het gepaste aanbod leveren. Onze kijker wil een extra laag informatie bovenop het aanbod in het Journaal en is niet vies van een snuifje cultuur of wetenschap. Dat recept is heilig, we wijken daar niet van af. Een tv-programma moet ook herkenbaar zijn. Het lijkt een fait divers, maar onze tafelsetting – waar de vijf gezichten naar de kijker toe zitten – speelt daar volgens mij ook een rol in. Dat is een origineel concept, dat zie je haast nergens. In de show van Bill Maher in de VS zie je dat ook, maar die zit op de hoek, ik zit in het midden.”
Speelde die setting ook een rol in de kentering van het programma? Toen je nog one-to-one interviews afnam, liep het programma voor geen meter.
SCHOLS: “Dat weet ik niet, misschien moest het programma ook groeien. (stilte) Ik mis die harde interviewstijl soms, maar ik heb me ermee verzoend dat die niet bij De Afspraak past. Als je met iemand aan het boksen bent, is dat ongemakkelijk voor de andere gasten aan tafel. Ik ben jaloers op de manier waarop Katleen Cools in Terzake Dries Van Langenhove interviewde, maar in De Afspraak zou dat een ander gesprek worden.”
Wat is het moeilijkste aan het maken van De Afspraak?
SCHOLS: “Elke dag opnieuw die complexe puzzel leggen. Er is de keuze van de onderwerpen en van de gasten. Individueel moeten ze een vlotte babbel en expertise hebben, maar daarnaast moet ook de mix tussen de gasten goed zitten: gender, diversiteit, herkenbaarheid, dat zijn allemaal parameters die een rol spelen. Gelukkig heb ik twee cracks van eindredacteurs: Greet Nagels en Bjorn Bailleul-Slembrouck. Nooit eerder heb ik met zo’n topredactie samengewerkt.”
Wat is een goed onderwerp?
SCHOLS: “Een onderwerp dat relevant is, dat de mensen bezighoudt. Al kan dat ook aan tafel ontstaan. Na de schietpartij in een homoclub in Orlando, hadden we twee religieuzen uitgenodigd. De rabbijn Aaron Malinski vertelde doodleuk dat de kans dat zijn zoon homo zou zijn, nihil is, omdat hij niet naar discotheken trekt. Zo’n uitspraak gaat een eigen leven leiden en wordt belangrijker dan de schietpartij. Want onverwacht kwamen we zo bij de essentie van het probleem terecht. De verontwaardiging in de homowereld was enorm. Eigenlijk was dit ons ‘Schild-en-vrienden’-momentje. Net als in die bewuste Pano, kwam er een pijnlijk maatschappelijk probleem naar boven.”
Over die keuze van gasten gesproken, de kritiek op het optreden van Dries Van Langenhove in Terzake is dezelfde als dat jij ooit meemaakte met IS-strijder Younes Delefortrie. Namelijk, moet je zo’n kerels een forum geven?
SCHOLS: “Ik vind van wel, zolang je het maar goed kadert. Niemand wordt volgens mij met nazistische of terroristische sympathieën geboren. Ik zie het als mijn journalistieke plicht om te gaan onderzoeken wat zo’n mensen drijft. En dan moet je er wel mee praten. Je moet Van Langenhove niet elke week in Terzake zetten, maar als iemand duizenden stemmen haalt in een officiële verkiezing aan de unief en een succesvolle jongerenbeweging leidt, dan mag je die niet negeren. En al zeker niet als hij een politieke lijst gaat trekken. Dat wil daarom niet zeggen dat je het met zijn ideeën eens bent. Soit, wie je ook in de studio zet, kritiek zal er altijd zijn. Het vaakst komt de druk uit politieke hoek. Ik moet al hard zoeken naar een partijvoorzitter die nog niet persoonlijk bij me geklaagd heeft. Maar daar trek ik me vandaag geen bal meer van aan.”
Ik herinner me een vlammend opiniestuk van Gwendolyn Rutten die woedend was omdat Raoul Hedebouw bij jullie in De Afspraak zat.
SCHOLS: “En dan vergeet je nog haar boze sms’en die ze me eerst stuurde (lacht). Maar Gwendolyn, die wél altijd beleefd is, was zeker niet de enige. Ook Bart De Wever, Joke Schauvliege en Sven Gatz hebben al hard naar me uitgehaald, de ene al wat brutaler dan de andere. Politici gedragen zich soms als sportvedetten. Eén kritische opmerking aan hun adres en je kan het bij hen vergeten. Dan krijg je ze niet meer naar de studio. Ik vind eigenlijk dat we dat iedere keer zouden moeten meedelen aan de kijker. Alhoewel, nu de kijkcijfers pieken en de verkiezingen in aantocht zijn, zijn er weinig afzeggingen. (lacht)”
Isabelle Dams (40) is hoofd ontwikkeling bij de SBS-zenders Vier en Vijf en bouwde samen met Gert Verhulst en James Cooke aan het praatprogramma Gert Late Night. Het programma zit in de lift: het haalt quasi dezelfde kijkcijfers als Van Gils § gasten maar scoort beter bij het jongere publiek. “We hebben geprobeerd om het talkshowgenre op zijn kop te zetten,” zegt Dams. “Te beginnen door de show een evenement-gehalte te geven. We wilden niet in een doffe tv-studio kruipen, Gert en James moesten bereikbaar zijn. Daarom zitten we op een boot. De mensen kunnen er eens langs gaan, een cadeautje achterlaten, en leuke dingen met Gert en James op de kade doen.”
Ik vind vooral het reality-aandeel vernieuwend. Zoals de filmpjes van de gasten aan het ontbijt of in hun slaapkamer.
DAMS: “Die rubriekjes zijn vooral belangrijk om de kijker vast te houden. Als het gesprek met een gast hem niet boeit, denkt die: ‘Straks zit Zuhal Demir in haar pyjama, dat wil ik wel zien.’ Terwijl hij anders misschien al had weggezapt. Omdat de BV’s er blijven slapen, leer je hen ook beter kennen. Ik denk niet dat Sven Gatz over zijn depressie had getuigd, indien hij daar maar voor een uurtje was. Een ander belangrijk aspect zijn Gert en James: hosts met een uitgesproken persoonlijkheid. Van een Bart Schols of Lieven Van Gils weet de kijker niet wat hij graag eet, van James Cooke wel. Door zich bloot te geven, staat hij dichter bij de mensen en dat wordt geapprecieerd. De kijker heeft het gevoel met Gert en James aan tafel te zitten.”
Waarom gaan jullie maar zes weken op antenne?
DAMS: “Gert Late Night is geen maanden vol te houden. Dat is niet zomaar een uurtje presenteren, Gert en James zijn vijf dagen non-stop met die gasten bezig. Bovendien is het pop-up gegeven net het DNA van het programma: ze strijken zes weken op een boot neer en ze zijn weer weg. ”
Geloof jij nog in het klassieke format: een tafel, vier stoelen en een gesprek?
DAMS: “Eerlijk gezegd niet. Vandaag moet je verrassen. Er moet in een talkshow wildheid en durf zitten. Het voordeel van een dagelijkse talkshow is net dat je kan experimenteren, dus probeer erop los. Als je een uitschuiver maakt, is dat niet erg, de dag erna is er een nieuwe show. Bij een weekly blijft dit veel langer hangen. Ook duidelijkheid is belangrijk: de mensen moeten weten wat ze kunnen verwachten. Je moet kleur bekennen.”
Dus de spreidstand van Van Gils § gasten, een mix tussen entertainment en duiding, is geen goed idee?
DAMS: “Neen. En die ambiguïteit helpt ook de makers niet. Herinner je de scène met Tom Lenaerts die Kristof Calvo en Peter De Roover aanviel. Tom verwoordde exact wat veel mensen dachten, maar toch zag je Lieven daar onmiddellijk de angel uithalen. Terwijl ik dacht: ‘Laat dit toch gewoon gebeuren. Het kan geen kwaad dat er eens iets ontploft, dat lucht op bij de mensen. Als je gasten met een mening rond een tafel zet, laat hen dan ook clashen.”
In het eerste seizoen speelden jullie vaker in op de actualiteit, dat is nu een pak minder. Botste dit met het entertainment-DNA van het duo Verhulst-Cooke?
DAMS: “Neen, alleen hebben we de actua ingewisseld voor relevantie. De eerste schooldag houdt de Vlaming meer bezig dan de politieke situatie in Congo of de taxshift. Daar proberen we op in te spelen. Wat bij Jan met de pet leeft, sluit gelukkig goed aan op wat Gert en James boeiend vinden.”
Vandaar dat jullie er niet voor terugdeinzen om een Michel Van den Brande in de studio uit te nodigen. Is Gert Late Night minder ‘elitair’ dan Van Gils § gasten?
DAMS: “Pfff, ik wil ze de kost niet geven, degene die op café verkondigen dat ze alleen maar naar De Afspraak kijken, terwijl ze grote fan zijn van Temptation Island of Gert Late Night. Onze grootste betrachting is om dit snobisme te overstijgen: wij willen ook graag Jinnih Beels op de boot, maar dan wel graag naast Andy Peelman uit de Buurtpolitie. Door zo’n combinaties verras je de kijker. Herinner je de aflevering waar Stefan Hertmans en Jacky Lafon allebei te gast waren. We hebben daar toen lovende commentaren op gekregen.”
Rond de eeuwwisseling brak Goedele Liekens (56) alle kijkcijferrecords met haar talkshows Goedele: Life! en Goedele, de dingen die gebeuren. Onbekende mensen die in een tv-studio over hun fetisj, hun huisdier of onmogelijke liefdes kwamen praten, dat zie je niet meer op de Vlaamse zenders. “Inderdaad, hier denkt men dat enkel BV’s iets interessants te vertellen hebben,” zegt Liekens. “In Nederland wordt nog wel over de dingen des levens gedebatteerd, onder mensen die iets hebben meegemaakt.”
Het valt inderdaad op dat er in Nederland meer talkshows zijn en dat die ook blijven scoren. DWDD haalt in primetime nog anderhalf miljoen kijkers, Pauw flirt met het miljoen en dat om elf uur ‘s avonds. Hoe komt dat?
LIEKENS: “In Nederland hebben ze gewoon een grotere praatcultuur, het is geen toeval dat ze een langere traditie inzake talkshows hebben. Overdag op de radio hoor je ze over vanalles en nog wat discussiëren. Ze gaan geen enkel onderwerp uit de weg. Op RTL Late Night had ik tot voor kort een rubriek over seks en liefde, terwijl de talkshows hier haast uitsluitend over politiek en cultuur gaan.”
Is er nog wel nood aan taboedoorbrekende programma’s? Ik herinner me de commotie rond een aflevering waarin een dokwerker travestiet was. Nu ziet niemand daar nog een probleem in.
LIEKENS: “Wij waren niet zozeer taboedoorbrekend, maar wel pioniers. Iedereen herinnert zich de seks-afleveringen, maar dat was maar twintig procent. Over emoties praten op televisie, daar ging het over. ‘Het leven zoals het is,’ zeg maar. Dat was toen redelijk ongezien. En ja, we gingen geen enkel onderwerp uit de weg. Tegenwoordig schrikken we niet op van een transgender meer of minder, maar twintig jaar geleden was de getuigenis van een transseksueel goed voor een kijkcijferrecord en voorpaginanieuws in alle kranten.”
Zie je nog een toekomst voor human intrest-talk shows?
LIEKENS: “Absoluut. Ik wou met mijn programma’s vooral empathie kweken. Dat mensen begrip kregen voor iemand die zijn kind vrijwillig had afgestaan voor adoptie, bijvoorbeeld. Als ik zo even rond me kijk, denk ik dat we dit in deze maatschappij wel kunnen gebruiken. Maar het egocentrisme van onze samenleving reflecteert zich ook in wat je op tv ziet. Ik heb het gevoel dat in veel praatprogramma’s niet meer wordt geluisterd. We verwarren een ‘goed interview‘ met ‘iemand het vuur aan de schenen leggen.’ Wanneer je vraag telkens met ‘Ja, maar…’ begint, ben je als host niet goed bezig. Bij bepaalde praatprogramma’s denk ik vaak: ‘Dju, nu weet ik nog niet wat die man bezielt! Misschien was het gesprek interessanter geweest als die gast niet voortdurend in dat ene hoekje werd gedreven.”
Nochtans ben jij een host die ook een standpunt tijdens een interview durft in te nemen.
LIEKENS: “Ik heb niet gezegd dat je niet mag tonen wat je denkt. Maar je vooringenomenheid mag niet het hele gesprek domineren. Dan ben je enkel op zoek naar je eigen gelijk. Vraag hem de kleren van het lijf, probeer nieuwsgierig alles te weten te komen, dan komt dat grote gelijk misschien vanzelf. Of niet, maar dan weet je dàt ook weer (lacht).”
Die nieuwsgierigheid word je niet altijd in dank afgenomen. Zoals toen je Angelina Elander, de kunstenares die Kim De Gelder verheerlijkte, een forum gaf. Ook toen je een pedofiel in Goedele Op Dinsdag aan het woord liet, was het kot te klein.
LIEKENS: “Ik ben een aanhanger van de ubuntu-filosofie die Nelson Mandela ook uitdraagt: praat eens wat vaker met iemand waarmee je het fundamenteel oneens bent. Probeer te snappen waarom die zo denkt, alleen op die manier kan je als maatschappij groeien. Iemand in een put wegstoppen is contraproductief en kan zelfs gevaarlijk zijn. Want hoe zouden we het pathologisch gedrag van een pedofiel kunnen herkennen als we er niet uitgebreid mee gepraat hebben? Kennis is macht en het begin van alle wijsheid. Kijk maar naar mij! (lacht) ”
Tom Lenaerts (50) presenteerde samen met Bart De Pauw de talkshows Schalkse Ruiters en Mannen op de Rand van een Zenuwinzinking. Legendarische kijkcijferkanonnen waren het, in tegenstelling tot zijn talkshow De Kruitfabriek die snel werd afgevoerd. “Je kan die genres totaal niet met elkaar vergelijken,” steekt Lenaerts van wal. “Schalkse Ruiters en Mannen op de Rand waren wekelijkse talkshows én format-gedreven. De gesprekken met de gasten stonden in functie van een groter, extern, gegeven: bij Schalkse Ruiters waren dat de reportages ‘waar of niet waar’, bij Mannen op de Rand wat er van mannen wordt verwacht in de samenleving. Dat heeft als voordeel dat je altijd een gespreksonderwerp met je gasten hebt.”
Wanneer is een talkshow voor jou geslaagd?
LENAERTS: “Wanneer je als kijker het gevoel hebt dat er elk moment iets kan gebeuren. Ook al gebeurt het niet, je moet tenminste het idee hebben dat het kàn gebeuren. Je ziet veel hosts daar krampachtig naar op zoek gaan, terwijl je gewoon je gasten goed moet kiezen. En daar knelt in Vlaanderen het schoentje: de spoeling is dun. Daarom is een dagelijkse talkshow ook lastiger dan een weekly – er is al een kleine vijver om uit te vissen en je draait je BV’s er sneller door. Al vind ik het geen probleem dat bepaalde BV’s per seizoen een paar keer opgevoerd worden. In die grote Amerikaanse talkshows komen de topgasten ook een paar keer per jaar terug.”
Hoe herken je een goede talkshowgast?
LENAERTS: “Als hij je meeneemt in een verhaal en je enthousiasmeert. Een bekende kop is daarvoor geen garantie: de hilarische acteur in Familie kan in het echt een gigantische droogstoppel zijn. En een onbekende professor die alles weet over nachtvlinders kan een betere praatgast zijn dan een populaire Rode Duivel. Al zal geen enkele tv-maker een bezoekje van Kevin De Bruyne of Eden Hazard laten liggen, hun populariteit compenseert het gebrek aan taalvaardigheid. Onderschat ook de impact van een tv-studio niet. Ik ken mensen die enorm vlot zijn, tot je drie camera’s op hun kop zet.”
Mark Uytterhoeven loste dat probleem op door zelf de show in handen te nemen. Is een talkshow gebaat met een personality-host?
LENAERTS: “Wat is personality? Ook al zijn het geen humorkanonnen, toch zijn De Pauw en Witteman persoonlijkheden. Ze staan er omdat ze gerichte vragen stellen. Ik geloof nog steeds dat een praatprogramma het meest gebaat is met een presentator die de gasten laat scoren. Dat probeer ik in ‘Kalmte kan u redden’ en ‘De Pappenheimers’ ook te doen. Ik denk maar aan één ding: hoe kan ik ze op hun gemak stellen en laten schitteren. Je wilt immers dat de kijker er sympathie voor krijgt.”
Over personality hosts gesproken, in Van Gils § gasten nam jij het opeens van Lieven over. Jouw ‘Komaan, Boys!’ aan het adres van Calvo en De Roover is nu al de tv-oneliner van het jaar. Wat dacht je, ik zal maken dat er hier iets in de tent te beleven valt?
LENAERTS: (lacht) “Neen, het was gewoon een emotionele uitval. Uit frustratie omdat ik al tien minuten aan het luisteren was naar iets waar ik kop noch staart aan kreeg. En wellicht had de kijker hetzelfde gevoel. Eigenlijk waren die twee een schoolvoorbeeld van slecht gekozen talkshowgasten. Hun plaats was eerder in een duidingsprogramma dan De Afspraak.”
Maar het was een memorabel talkshowmoment. Was de redactie van Van Gils & gasten blij met je uitval?
LENAERTS: “Ja, die vonden dat fijn. De twee politici een pak minder. (lacht) Dat hebben ze me duidelijk laten verstaan.”
Iets anders. Heb je een verklaring waarom de Kruitfabriek, gedragen door het beste productiehuis van Vlaanderen, flopte?
LENAERTS: “De grootste vijand van een talkshow zijn de verwachtingen. En bij de Kruitfabriek lagen die enorm hoog. Woestijnvis had de VRT vaarwel gezegd en zijn schouders onder Vier gezet. De Kruitfabriek moest het vlaggenschip van de nieuwe zender worden. We haalden met de eerste aflevering 480.000 kijkers en een week later waren het er nog amper 200.000. Men dacht dat we – alleen al omdat we Woestijnvis waren – vier keer zo hoog zouden scoren, maar een programma, zeker op een nieuwe zender, moet kunnen groeien. Ik kijk met trots terug op dat programma terug, zo slecht vond ik dat niet. Al hebben we wel fouten gemaakt. Het decor, bijvoorbeeld, dat was grotesk. Ik zat in een gigantische fabrieksloods aan een veel te grote tafel, veel te ver van mijn gasten om een goed gesprek te kunnen voeren. Het is een detail, maar daar kan het wel van afhangen. Voor een goed tv-programma moeten alles kloppen en dan heb je nog geen garantie op succes. We waren ook te ambitieus. We hadden een batterij toppers – Gilles De Coster, Christophe Deborsu, Lieven Scheire, Sofie Lemaire – aangetrokken en die moesten allemaal renderen. Teveel kapiteins op een schip, dat werkt niet. We betaalden leergeld op televisie.”
Wat zijn de valkuilen voor een talkshow?
LENAERTS: “Te hard formatteren: op dinsdag hebben we die rubriek, op woensdag dat filmpje, enzovoort. En vermijd lange gesprekken. Geen enkel gesprek in De Wereld Draait Door duurt langer dan tien minuten. Het is niet erg om met honger van tafel te gaan.”
Gert Late Night, is dat de toekomst voor het talkshowgenre?
LENAERTS: “Wie zal het zeggen? Die mix tussen reality en gesprekken is zeker een originele invalshoek, maar het concept klakkeloos overnemen is geen garantie. Een goed idee is stap 1, maar de uitwerking is nog belangrijker. Pas als het inhoudelijk en vormelijk klopt als een bus, heb je een goed tv-programma. Van één ding ben ik overtuigd: de klassieke talkshow zal niet verdwijnen. Wie beweert dat het genre dood is, zegt dat een goed gesprek tussen drie mensen niet meer kan.”
Al dertien jaar presenteert Karl Vannieuwkerke (48) Vive le vélo, een talkshow in het spoor van de Tour de France. Het gezellig gekeuvel over de gele trui bij een glas rode wijn sloeg van de eerste minuut aan. “Het feit dat onze gasten over hun passie – de koers – mogen komen praten, dat is ons groot voordeel,” zegt Vannieuwkerke. “Een dagelijkse talkshow moet op zoek naar input, bij ons dient de content zich vanzelf aan. De toekomst is aan de evenement-gedreven talkshow: rond de Tour, rond Wapenstilstand, rond de Warmste Week. Waarom geen praatprogramma in de marge van Rock Werchter?”
Je gelooft niet meer in een dagelijkse talkshow?
VANNIEUWKERKE: “Niet echt. Een talkshow uitzitten, ik denk niet dat dit nog iets voor de volgende generatie is. De kijkgewoonten zijn heel hard aan het veranderen. Als mijn kinderen naar tv kijken is dat met een half oog. Het moet al wreed de moeite zijn, vooraleer ze eens van de Ipad opkijken. ”
Ook niet naar Gert Late Night?
VANNIEWKERKE: “Ik vind James Cooke fantastisch, maar zet hem dertien weken aan een stuk in de picture, en hij wordt voorspelbaar. Met humor moet je oppassen. Ik ben fan van De Ideale Wereld, maar ook dat programma wordt gedoseerd omdat het niet mogelijk is om constant die kwaliteit te leveren.”
Wat is het sterkste punt van Vive le vélo?
VANNIEUWKERKE: “Het tempo – het allerbelangrijkste in een talkshow – zit goed. Dat mag niet te hoog of te laag liggen, maar moet variëren. Als het tempo te gelijkmatig is, word je snel voorspelbaar. En dat moet je als talkshow absoluut vermijden.”
Hoe doe je dat?
VANNIEUWKERKE: “Door bewust rustmomenten inlassen. Wij gaan er met onze toeristische filmpjes soms drie minuten uit. Dat is ongewoon, bij Van Gils & gasten mag een filmpje niet langer dan vijftig seconden duren. En we zorgen er ook voor dat de show niet te stevig geformatteerd is. Je moet de gast de vrijheid gunnen om een zijsprongetje te maken. Daarom durf ik ook de hele running order omgooien. Als de gast op minuut vier over een onderwerp begint dat eigenlijk op het einde van de show gepland is, ga ik niet met alle macht proberen dit uit de weg te gaan. Op mijn papiertje staan geen vragen, maar thema’s. De vragen ontstaan door wat de gast over dat thema zegt.”
Is de wisselende locatie ook een troef?
VANNIEUWKERKE: “Absoluut, dat triggert de mensen: men wil zien in welk kasteel of dorp we nu weer zitten. Dat werkt het evenementgevoel in de hand. In de Languedoc of de Provence staan er soms vijfhonderd toeschouwers achter de camera’s. Als we op iemands privédomein zitten, geven we de locatie niet prijs, maar dan duikt er toch nog vijftig man in die mens zijn hof op.”
Een vaak gehoorde opmerking is het gebrek aan goede talkshowgasten in Vlaanderen. Vind je dat ook?
VANNIEUWKERKE: “Ja, en wij zijn nog beperkter in ons keuze omdat we altijd een wielerexpert moeten hebben. Als Sagan in een massasprint Cavendish ramt, is een uitleg van een ex-renner absoluut noodzakelijk. Alleen moet je wel een BV vinden die bij die expert past. Dat is niet altijd makkelijk. Daarom zijn we op drie gasten overgeschakeld: zo kunnen we bijvoorbeeld Koen en Kris Wauters naast een Eddy Planckaert of Sven Nys zetten. Je moet ook opletten dat je geen gasten om de foute redenen in je show steekt. Het eerste jaar wou men bij Eén onze gastenlijst zien. Ze dachten door een gerenommeerde BV uit te nodigen, het programma te kunnen opkrikken. ‘Verbreden’ noemt men dat in ons vak. (lacht) Ja, Luc Appermont is een grote naam, maar als die aan de telefoon zegt ‘Ik heb niks met koers’, dan laat je hem beter thuis. Hij brengt niks bij en je doet er de man zelf geen plezier mee.”
Waarom zie je in de omkadering van een EK of WK voetbal geen Wim Opbrouck of Guido Belcanto opduiken?
VANNIEWKERKE: “Het werkt niet. Carl Huybrechts is ooit eens met een bus zangers en P-babes naar het EK-voetbal in Oostenrijk getrokken, maar dat werd een flop. Als Veronique De Kock elke avond over de outfit van de voetballers komt palaveren, weet je het wel. Voetbal is een te technische sport, er komt te veel tactiek bij kijken. Je moet echt wel uit het wereldje komen om er te kunnen over meepraten.”